« Aan tafel met: Daisy Mertens

Gepubliceerd op 28-04-2022

“Als docent moet je goede voelsprieten hebben.” Daisy Mertens geeft les in de ondersteuningklas groep 7/8 van Basisschool de Vuurvogel. “Het is niet altijd zo dat iemand je vertelt dat een kind in armoede leeft, maar als je goed op let is het vaak wel te zien. En dat is belangrijk want deze kinderen hebben toch net een andere aanpak nodig.”
 
Armoede ziet Daisy genoeg in de klas. “Tijdens de lockdown was er een kind dat geen laptop had om vanuit huis de les te kunnen volgen. Via een armoede organisatie hebben we toen een apparaat geregeld, maar ook die moest gedeeld worden met broertjes en zusjes. Dat voelt heel machteloos want zo’n kind krijgt dan mogelijk minder les dan zijn/haar klasgenootjes. Tegelijkertijd leven ze in een moeilijke thuissituatie in een te kleine flat voor 4 personen en waren papa en mama net uit elkaar.”
 
“In coronatijd werd armoede ineens heel zichtbaar. Via de webcam keek ik letterlijk mee de huiskamer in. Je ziet dan hoe zo’n huis er uit ziet maar ook hoe gespannen de thuissituatie kan zijn.” Volgens Daisy gaat armoede dan ook verder dan weinig geld voor dagelijkse levensbehoefte. “Naast financiële armoede vind ik ook sociale armoede echt een heel groot probleem. Een gebrek aan geld levert stres op bij ouders maar ook bij het kind. Dat is veel schadelijker dan tweedehands kleding moeten dragen of niet de nieuwste iPhone hebben.”
 
Docenten kunnen financiële problemen niet oplossen, maar volgens Daisy zou er wel meer aandacht moeten komen over wat docenten wél kunnen doen. “Als je armoede constateert is het belangrijk om daarover het gesprek aan te gaan, zowel met de ouders als het kind, maar ook met collega’s en instanties die daarbij kunnen helpen. Niemand kiest ervoor om in armoede te leven maar sommige mensen zijn niet in staat de juiste keuzes te maken. Die zijn ook voor iedereen anders, dat maakt het zo lastig.”
 
Zo kunnen docenten ouders wel in contact brengen met organisaties die hun kunnen ondersteunen in hun financiële situatie. Vooral advies is daarbij belangrijk. “Ouders kopen bijvoorbeeld van hun vakantiegeld de nieuwste PlayStation voor de kinderen. Dat klinkt als iets heel belangrijks want alle vriendjes en vriendinnetjes hebben hem ook en als ouder wil je je kind alles geven. Maar er is dan geen geld meer over om een dagje naar het museum te gaan of een ijsje te eten in de stad. Terwijl juist die tijd samen met je kind zo belangrijk is.”
 
Volgens Daisy zou er binnen gemeente, (basis)scholen en armoedeorganisaties veel beter samengewerkt moeten worden. “Bij de Vuurvogel hebben wij een collega die zich focust op contacten met stakeholders van de school, waaronder organisaties zoals Stichting Leergeld. Dat is echt een luxe, niet veel scholen hebben dat. Tegelijkertijd hebben wij als school niet genoeg zicht op alle mogelijkheden binnen de stad. Er zijn simpelweg te veel organisaties en goede doelen om ze allemaal te leren kennen. Fijn dat ze er zijn maar dat maakt het voor mensen in armoede lastig om te begrijpen waar ze precies terecht kunnen met hun vraag.”
 
Ook docenten zouden de nodige hulp kunnen gebruiken van deze organisaties. “Inmiddels weet ik redelijk goed waar ik op moet letten als het gaat om armoede. Tegelijkertijd ben ik natuurlijk geen expert. Het zou fijn zijn als deskundige met docenten het gesprek aan gaan. Advies geven in hoe wij het best met bepaalde situaties om kunnen gaan. Andersom kunnen docenten dan hun bevindingen delen met deze deskundigen. Zo krijgen we met zijn allen een veel beter beeld en kunnen we samen de juiste hulp bieden.”
 
 
Daisy Mertens (Juf Daisy) werd in 2016 nog benoemd tot basisschoolleraar van het jaar, mede dankzij haar betrokkenheid en drang om het onderwijs steeds weer te verbeteren. Momenteel werkt zij een deel van de week als juf op Basisschool de Vuurvogel in Helmond en de rest als Raadslid Onderwijsraad in Den Haag.

Daisy-Mertens-1651155553.jpg